Wat je toevalt

wat je toevalt

De derde dag thuis. Lamlendig. Ziek. Blèh…

Afgelopen dagen werk af moeten zeggen. Gezellige afspraak met mijn lief moeten afzeggen, kaartjes moeten laten schieten.
Dit is de ene kant.
Terwijl het katje verwoed worstelt om mij in de hangstoel, laptop op schoot, toch een kopje te kunnen geven en zich daarna tussen apparaat en buik te wurmen, bedenk ik welke zegeningen mij ten deel zijn gevallen.

Ik kon gelegitimeerd alles uit mijn handen laten vallen en let’s face it: eerder dan dat lukt meestal niet en probeer ik toch alle ballen in de lucht te houden. Natuurlijk was het niet leuk om met een dichtgesnotterd bonkend hoofd in bed te liggen en de haren op mijn arm te tellen maar ik verwonderde me ook over de opluchting die ik door me heen voelde glijden. “Ik kan niet meer, dus dan hoef ik ook niet meer”. Toch iedere keer weer een vreemde gewaarwording voor iemand die zichzelf over het algemeen een lui kreng vind.

“Hoe staat het het met de zelfkennis zegt U?” Mwoah.

De uren in bed verliepen stroperig. Elke 20 minuten een nieuw pepermuntje om de keelblaf in bedwang te houden. Elke 2 uur een paar antigrippines om de koorts een beetje te bedwingen. Maar het lichaam had haar eigen plan en zei me vanmorgen: “jij dacht dat je beter was? Hahahahahahahaha !!!

Ik zou gisteren naar een mooie Allerzielen-avond gegaan zijn in de Dominicuskerk in Amsterdam om daar met veel mensen mantra’s te zingen en de gestorven zielen te herdenken. Een mooi ritueel waar ik al enkele keren eerder aan mee deed. In deze toestand zou je daar in pre-coronatijd al niet aan denken, laat staan nu. Ik bedacht net op tijd dat ik misschien een ander ander ermee kon plezieren en dat lukte ook nog.

En in mijn optimisme halverwege de tweede dag kocht ik een kaartje voor de Graallezing in de Lutherse Kerk door dr. Kaouthar Darmoni, directeur van Atria. Een fascinerende vrouw die wetenschappelijk onderzoek combineert met dans en die ik graag wilde horen spreken en wellicht ontmoeten. Geen mantra’s op vrijdag, ook geen dansavond op zaterdag met mijn lief maar dan toch dichterbij ook iets inspirerends.

Maar nee hoor, niks daarvan, slappe hap was ik en ik sleepte me naar beneden en trof mijn huisgenote die de keuken aan het schrobben was. Het was een uur voordat de lezing begon en ineens bedacht ik: zou zij misschien…. Ik heb een hele enthousiaste huisgenote die in haar eerste studiejaar zit, ontzettend politiek bewust is en dol op feministische onderwerpen. Na 5 minuten nadenken zwiepte ze de lappen in de wasmand en riep: “heel graag” en rende 10 minuten later beeldig het pand uit.

Ik verdiepte me weer in de krant en voelde aan mijn hoofd dat het minstens nog 24 uur te vroeg was om me druk te maken over de dingen waar ik me tot woensdag nog druk over maakte zoals hoe snel ik mijn huis verder kan verduurzamen en hoe ik dat ga financieren, hoe ik het wegvallen van mijn vaste zzp-klus na eind december ga opvangen en hoe ik mijn grote mandala weer uit Berlijn heelhuids terugkrijg… (Tenzij ze wordt verkocht natuurlijk :-)). Van die dingen die niet in een half uurtje gefixt zijn meestal. Meestal….

En toen ging de bel en stond daar in de motregen mijn lieve buurvrouw en haar dochter met een bakje heerlijke Surinaamse groentesoep “want ze had toch veel te veel gemaakt”. Ik bedankte haar verrast en met natte ogen.

Want ik was echt ontroerd.
Hoe kan je weten wat je toevalt? Ik ben blij en dankbaar met wat mij toevalt en blijf benieuwd naar nieuwe avonturen.

Beatrijs Wind2 Comments